Twee testamenten
Daarmee is het verhaal niet af. De Hofkerk laat weten dat er een testament is van Elisabeth. Daarin heeft zij ook haar doopkerk genoemd, de Hofkerk. Dankzij deze erfenis heeft de Hofkerk een groter orgel gekregen, groter dat het kleine orgel dat in 1942 was geplaatst. Een ander deel van haar erfenis is naar de Kerk van de Heilige Joannes Evangelist in ’s Hertogenbosch in gegaan. Maar wat is de inhoud van het testament en wie was of waren de begunstigden? Na 1945 ontstaat hierover een ingewikkelde en vooral ook langdurige discussie.
Voor zover ik heb kunnen nagaan, zijn er twee testamenten! De eerste is gedateerd op 10 mei 1940, de tweede op 17 mei 1940.
In het eerste testament wordt de al eerder genoemde bankier Karel van Lanschot als enige erfgenaam benoemd, met uitsluiting van haar ouders en broers! Waarom deze Karel van Lanschot, wonende in Den Bosch?
De brief van 18 juni 1951
De naam van Karel van Lanschot wordt ook in de officiële stukken van na 1945 genoemd. Zo is er de brief van 18 juni 1951 aan de Raad voor het Rechtsherstel (Afdeling Rechtspraak). Deze brief is ondertekend door haar moeder, Mietje Ketellapper en haar twee broers: Nathan en Abraham Nathan. Zij moeten Karel van Lanschot gekend hebben, in ieder geval zijn naam. Zij kenden overigens ook zijn woonadres: Peperstraat 27, Den Bosch. Hoewel een tegenwoordig niet meer bestaand adres, woonde hier in 1930 in ieder geval een familie Van Lanschot (diverse personeelsadvertenties bewijzen dit). De Peperstraat ligt op ongeveer vier minuten lopen van de Kerk van de Heilige Joannes Evangelist (adres: Choorstraat 1). Hoe Elisabeth deze rijke bankier heeft leren kennen, is onbekend. Van Elisabeth is bekend dat zij gewerkt heeft als mannequin, misschien in deze hoedanigheid? Of zij een meer dan zakelijke relatie heeft gehad met deze bankier is mogelijk, maar niet aantoonbaar.